Pilot HU onderzoekt invloed VR op leren presenteren

VR.jpgdonderdag 11 mei 2017

Bij Hogeschool Utrecht (HU) is vorige week een pilot gestart waarin Virtual Reality (VR) wordt ingezet om te leren presenteren. Gelijktijdig loopt een onderzoek mee omdat de effecten van VR mooi onderzoeksmateriaal vormen. Het project wordt geleid door docent en onderzoeker Stan van Ginkel.

Het onderzoek gaat over de invloed van een Virtual Reality opdracht – voor het leveren van feedback – op de ontwikkeling van de competentie 'mondeling presenteren' van studenten. Het gebruik van Virtual Reality is een interessante optie voor curriculumontwerpers, zo denken de initiatiefnemers, en zou op korte termijn kunnen worden ingepast in het onderwijs binnen de Hogeschool Utrecht. Daarom werken in dit experiment docenten, onderzoekers en externe partners (die de techniek voor Virtual Reality kunnen leveren) samen. Die externe partner is in dit geval Ordina.

Software vs directe feedback
De centrale vraag van het onderzoek is: ‘Wat is de impact van een Virtual Reality (VR) opdracht (optie 1: ‘delayed feedback’; optie 2; ‘immediate feedback’) op de ontwikkeling van de competentie mondeling presenteren?’ Alle studenten geven tijdens de pilot een oefenpresentatie in een virtuele omgeving. Studenten met ‘Presentatieopdracht 1’ krijgen na afloop van deze oefenpresentatie in VR feedback van een expert. Studenten met ‘Presentatieopdracht 2’ krijgen tijdens hun VR-presentatie ‘directe’ feedback vanuit de software van de VR-computer.

Zelfkennistoets
De toetsing gebeurt op basis van cognitie, vaardigheden en attitude. Dit wordt gedaan aan de hand van de zelfkennistoets (cognitie), de rubric mondeling presenteren (vaardigheden) en de attitudetest – als onderdeel van de zelfkennistoets – (attitude). 

Geen verschil
In eerder onderzoek aan de Universiteit Wageningen is al onderzocht wat het verschil was tussen een groep studenten die oefende met VR, en een groep die alleen met een docent en de klas oefende. Hieruit kwam naar voren dat er geen verschil was. Hieruit kan volgens de initiatiefnemers de (voorzichtige) conclusie worden getrokken dat binnen 3 bijeenkomsten, één bijeenkomst sowieso door VR kan worden vervangen. De opbrengst blijft immers hetzelfde. 

Direct vs achteraf
In het huidige HU-onderzoek wordt daarom gekeken of er een verschil is op het gebied van cognitie, vaardigheden en attitude tussen de groep die directe feedback krijgt bij het oefenen met VR, en de groep die dat achteraf krijgt. Eind deze maand wordt daarvan al een eerste opbrengst verwacht. 

« Terug

Sluiten